We zitten in een heetwaterbron in de Westfjorden van IJsland. Vier generaties van een IJslandse familie zijn aanwezig. Zoon en kleinzoon fysiek. Vader en grootvader denkbeeldig, maar sterk aanwezig in de verhalen. Zoon: “Ik wil mijn kinderen laten zien waar we vandaan komen. Toen ik jong was, gingen de gesprekken vaak over de vissers uit de gemeenschap die terugkwamen en degenen die niet terugkwamen.”
Een paar uur eerder zagen we een film over het leven van vissers een paar decennia geleden. Roeien, vis vinden, vissen met zogenoemde longlines, vis binnenhalen, terugvaren, schoonmaken en tot laat in de nacht zouten. Pas daarna werd er gegeten. En gerust. Tot de volgende ochtend, wanneer een vroege blik op het weer bepaalde hoe de dag eruit zou zien. Alles in de winter, met een besneeuwd landschap. Bidden voordat ze opnieuw het water opgingen, zich bewust van én erkennend dat dit hun laatste dag kon zijn.
Het geheel dienen
Ze dienden het geheel, niet het individu. Ze stelden hun eigen behoeften terzijde, ten gunste van het grotere geheel. Zelfs als dat hun leven kostte.
Dat zet me aan het denken over mezelf. Ik ben opgegroeid met de metafoor: “Na een dag werken zorg je eerst voor de paarden, maak je de stal schoon, voer je de dieren, zorg je voor het erf en het gebouw, voordat je zelf naar binnen gaat om te eten en te rusten.” Eerst het geheel, dan het individu.
En met dienen bedoel ik niet in de zin van een slaaf zijn. Je kunt ook zeggen: “zorg dragen voor” of “je verantwoordelijk voelen voor.” Maar het woord “dienen” verwijst ook naar het dwingende deel ervan. Dit is geen gewoonte, maar een diepgeworteld patroon. Eerst het geheel, dan ikzelf. En patronen kunnen een dwangmatig effect hebben, zolang je je er niet bewust van bent.
Na deze ontmoeting met de IJslandse generaties, begin ik langzaam mijn eigen patronen te herkennen. Ze zitten in de kleinste details. Ik haat het als anderen op mij moeten wachten, want “het geheel moet verder kunnen.” Na lekke banden op een 200 km lange grindweg voel ik me meer verantwoordelijk voor de staat van de auto dan voor mezelf. De auto is immers een belangrijk onderdeel van het geheel. Niet voor mijn plezier.
Op het toilet van de camping heb ik net de wc-pot schoongemaakt waar mijn voorganger dat niet deed. Tegelijkertijd vormt zich een lichte veroordeling richting die voorganger.
Ik merk dat ik de neiging heb mijn eigen vrijheid op te offeren ten gunste van het geheel.
Goed of fout
Er zijn zijn voor je eigen welzijn en functioneren, of voor dat van het geheel, is geen kwestie van goed of fout. Vanuit systemisch perspectief bestaan goed en fout niet. Misschien heb jij of hebben anderen morele oordelen over welk systeem voorrang heeft, maar systemisch gezien is er geen rangorde.
Langzaam, met vele voorbeelden uit uur-tot-uur, dag-tot-dag-praktijk, wordt het me duidelijk hoe mijn patroon doorwerkt. In welk gedrag en welke neigingen het zich uitdrukt. Wat het me oplevert en wat het me kost.
Achteraf gezien had een Russische osteopaat in Tallinn het me al duidelijk verteld: “Als je weer gaat paragliden, laat anderen dan niet in je bubbel toe.” In feite is het dienen van het geheel voor mij af en toe levensbedreigend geweest, net als voor de IJslandse vissers. Aan de oppervlakte bestempelde ik het als “groepsdruk.” Ik wil niet degene zijn die het feestje verpest. Maar het gaat dieper.
Tijdens de pittige fietstocht die we onlangs maakten, ben ik twee keer gevallen. Aan de oppervlakte bestempelde ik dat als technische fouten: het verkeerd inschatten van de diepte van kuilen of de instabiliteit van het grind. Maar dieper bekeken waren beide het gevolg van “het geheel dienen.” Mijn concentratie verslapte omdat ik me bezighield met het welzijn van het geheel.
De kosten en baten
Dus zo werkt mijn patroon. Hoe werkt dat bij jou? En wat zijn de kosten en baten? Ik ben benieuwd. Vooral naar mensen die het tegenovergestelde patroon leven dan ik. Om elkaar beter te begrijpen. En misschien kunnen we onze verschillen gebruiken in plaats van er ‘slachtoffer’ van te zijn.
Bubbel
Overigens, sinds ik me van dit patroon bewust ben, heb ik een entiteit gecreëerd om mijn neiging wat meer in balans te brengen. Die entiteit kun je mijn eigen bubbel noemen, maar ik zie het meer als mijn eigen geheel. Het is een transparant, flexibel, voor anderen onzichtbaar membraan om me heen, een paar meter breed. Het balanceert het grotere geheel met mijn persoonlijke geheel. Soms betekent dit dat, wanneer het geheel iets nodig heeft – bijvoorbeeld een beslissing over wat we gaan doen – ik ‘op mijn handen kan gaan zitten’, en tot mijn verrassing beginnen anderen het geheel te dienen en de leegte op te vullen die ik laat ontstaan.
Het schrijven van deze blog betekende dat het geheel even op mij moest wachten. Niet makkelijk, maar wel te doen. Het membraan van mijn persoonlijke geheel hield informatie van buiten tegen die me had kunnen afleiden. Ik was me bewust van die informatie van buiten, wat betekent dat ik mijn systeem niet heb gesloten, maar de roep van de buitenwereld niet ben gevolgd.
Wat is jouw manier om om te gaan met het feit dat andere mensen een ander patroon hebben dan jij? Heb je tips of strategieën voor anderen? Deel jouw inbreng via de comments van dit artikel op LinkedIn.
~ Jan Jacob
Reykhólar, IJsland
3 augustus 2025